Toen Staf Coppens met zijn gezin naar Zweden emigreerde werden ze geconfronteerd met enkele onverwachte problemen. De vergunning om over te gaan tot de aankoop van hun camping kwam er niet en even zag het er naar uit dat hun project faliekant zou aflopen.
“De vergunning om nog maar te kunnen overgaan tot de aankoop van onze camping, kwam er onverwachts niet. De container met al onze bezittingen erin was net geladen, toen de eigenaar liet weten dat de goedkeuring er niet zou komen. Ja, dan zakt de grond onder je voeten weg”, geeft Staf Coppens toe in Dag Allemaal.
Echtgenote Monique is dan normaal de nuchtere rots in de branding, maar ook zij zag het even niet meer zitten: “Ik ben dan degene die zegt: ‘Ach, het komt wel goed.’ Alleen zag ’t er lang naar uit dat het deze keer níet goed zou komen”, geeft Monique toe.
Maar het gezin vertrok tóch, in volle onzekerheid. En dat leidde wel eens tot stress en frustraties, geeft Staf Coppens toe in Dag Allemaal.
“Vorige week pas hebben we eindelijk te horen gekregen dat alles in orde is. Al die tijd moesten we in een krap huurhuisje wonen, en dacht ik geregeld: ‘Wat hebben we in godsnaam gedaan?’ Want we hadden ’t goed in België, hé. We hadden alles wat we nodig hadden. En dat zetten we allemaal op het spel voor dít?”
Maar uiteindelijk had het gezin geen andere keuze dan af te wachten, want terugkeren was geen optie. Er was immers niets om naar terug te keren: “Ons huis is verkocht, dus we zitten hier toch al zeker ‘vast’ voor de komende jaren”, geeft Staf Coppens toe.