Net zoals alle ouders droomde Daphne Paelinck van een zorgeloze zwangerschap en een zorgeloze bevalling. Jammer genoeg werd haar tweede dochtertje geboren na 30 weken zwangerschap en moest ze een tijdje in de couveuse.
“Ik ben ervan overtuigd dat een pasgeboren kindje geborgenheid en veiligheid zoekt bij zijn mama en dat die eerste momenten zo belangrijk zijn voor de hechting. Het was dus wel emotioneel toen ik al die baby’tjes zag liggen. Ik ben net niet beginnen te huilen, omdat ik een mama zag zitten die haar kindje aan het voeden was. Voor haar heb ik me sterk gehouden”, getuigt Daphne in Dag Allemaal.
Daphne moest heel vroeg naar de materniteit, waar ze moest platliggen tot haar bevalling. En ondanks dat ze daar goed werd omringd, drong de realiteit ook vaak tot haar door.
“Op dat moment lagen Maes kaarten vrij slecht. In week 25 toen m’n vliezen braken, is de overlevingskans maar 50% en de kans op hersenschade is even groot. Het was een harde boodschap, maar ik apprecieerde de eerlijkheid van de artsen wel.”
Mae werd tien weken te vroeg geboren, en een de couveuse was niet onvermijdelijk. “Al die tijd kan je als ouders niets bepalen. Ik kon haar niet haar eerste badje geven of beslissen wanneer ze gewassen zou worden. Ik kon haar niet vastpakken wanneer ik dat wou en ze werd gevoed via een sonde… Maar hoe moeilijk het ook was, ik wist dat ze in goede handen was. Ze kon nergens beter liggen dan daar.”