Anke Buckinx heeft het geluk om net zoals vele Vlamingen een gezellig tuin te hebben waar ze in kan vertoeven als het mooi weer is. Het onderhouden van de tuin laat Anke over aan haar papa, die alles met plezier komt doen.
Haar papa doet het allemaal vrijwillig en dochter Anke is hem daar heel dankbaar voor. “Ik ben heel blij met die kleurrijke bloemen, want die zijn goed voor de bijtjes. Maar zoals iedereen heb ik wel een hekel aan wespen. Ik heb moeten leren om niet te panikeren als ik er een zie, om de kindjes niet te besmetten met mijn hysterie”, lacht Anke in Story.
In haar tuin vinden we ook een mooie druivelaar terug. Al zijn de druiven niet erg eetbaar. Dat mocht Ankes man Sven al ondervinden.
“Ik nam er eens mee naar het werk voor Sven, maar dat was geen groot succes. Ze zijn jammer genoeg te zuur om te eten.”
De tuin is een plek waar Anke helemaal tot rust kan komen. “Na elke werkdag ga ik de tuin in. Op dat vlak is het fijn dat ik ’s middags vrij ben. Onder een parasol met een boek of magazine en een kopje koffie, heerlijk.”